shape

Buitengesloten? Het gesprek als sleutel – de vertrouwensinspectie aan het woord

Leona Brandse Leona Brandse is inspecteur bij de Inspectie van het Onderwijs. 07 september 2021

Leona Brandse is inspecteur bij de Inspectie van het Onderwijs. De helft van haar werktijd vervult ze de rol van vertrouwensinspecteur, samen met 16 collega’s. Voor de Week Tegen Pesten schreef zij over hoe ze bij de vertrouwensinspectie te maken krijgen met pesten en buitensluiten op scholen. En hoe kunnen zij ook jou ondersteunen bij dit soort situaties? Lees het in onderstaande blog.

Blog

Meldingen over pesten bij de vertrouwensinspectie

Het thema van de Week Tegen Pesten 2021 is “Buitensluiten? Uitgesloten!”. Het belang van de aandacht hiervoor blijkt ook uit een groot deel van de meldingen bij de vertrouwensinspectie die te maken hebben met langdurig of ernstig pesten.
Het is altijd ellendig als leerlingen te maken krijgen met pesterijen, buitengesloten voelen, boosheid, verdriet, frustratie, ‘klaar met die school’. Wanneer wij als vertrouwensinspecteur bij de Inspectie van het Onderwijs iemand (meestal een ouder) spreken over hun ervaringen met pestgedrag, is er vrijwel altijd op meerdere vlakken iets mis gegaan. Er is dan vaak sprake van groot leed en een uitzichtloos gevoel. Met elkaar onderzoeken we dan de mogelijke oplossingen. Ook bespreken we wie aan zet is, zodat daar snel acties uit kunnen volgen. Het doel is altijd de melder te helpen weer in zijn kracht te komen en samen een passend vervolg te vinden. Vaak lukt dat.

Ouders voelen zich voor de veiligheid voor hun kind afhankelijk van de acties van de school en ze zien soms geen andere mogelijkheid dan hun kind thuis te houden. Vaak zien ze contact met de vertrouwensinspecteur als de laatste strohalm. Ze verwachten dan soms dat we met loeiende sirenes op de school afgaan. Toch zit daar meestal niet de oplossing.

In veel gevallen blijkt de communicatie tussen school en ouder vastgelopen te zijn, en proberen we te helpen deze communicatie weer levend, effectief en positief zien te krijgen. Het doel is dat de melder kan afsluiten met de woorden: “Zo kan ik weer verder”.

Soms is dat met het indienen van een klacht, maar gelukkig ook vaak met nieuwe kracht en een agenda en tips voor het goede gesprek met de school, de instelling of het bestuur.

We horen vaak van ouders dat er bij de betrokkenen in school geen begrip lijkt te zijn voor de ernst van de situatie. In zo’n geval krijgen zij geen vertrouwen in de aanpak die de school kiest. Zíj beleven met hun kind al het verdriet van situaties die het tot slachtoffer hebben gemaakt. De school doet daar in de beleving van de ouder te weinig aan en de situatie blijft vaak langdurig hetzelfde, of verslechtert zelfs. De pesters blijven in hun ogen buiten schot, of de school kan daar niets over vertellen vanwege privacy. Ondertussen wordt hun kind overgeplaatst naar een andere klas, of zit het thuis, voelt het zich nog meer buitengesloten en niet veilig. De school is in hun ogen vaak ‘machtig’ en kind en ouder voelen zich machteloos.

De vertrouwensinspecteur ondersteunt iedereen die te maken krijgt met pesten

Ook voor de school zijn pestsituaties beladen. Voor leerkrachten, docenten en andere betrokkenen in school is pesten vaak moeilijk en pas laat duidelijk zichtbaar, omdat veel pesterijen achter de schermen plaatsvinden. Daardoor kunnen problemen verergeren. Gepeste kinderen komen soms thuis te zitten en een grotere onrust kan ontstaan. Soms worden ouders echt boos, laten ze dat ook merken en gebeurt dat niet altijd op een handige manier. Hierdoor kan de situatie escaleren, met verdere gevolgen voor de veiligheid in school. In zo’n geval weet ook een directeur soms de passende oplossingen niet meer te vinden.

Daarom ook is de vertrouwensinspecteur bereikbaar voor iedereen die te maken krijgt met pesten (of bijvoorbeeld seksueel of fysiek geweld). Zowel voor ouders als voor mensen die werken in het onderwijs of de kinderopvang.

Communicatie

Ouders en de school bespreken hun zorgen met ons, ieder vanuit de eigen focus. Communicatie is een belangrijk onderdeel van het hele proces tussen ouders en school. Als partijen elkaar niet goed ‘verstaan’ kan daarbij zelfs de focus op het belang van het kind uit het oog worden verloren. Uiteindelijk gaat het dan om het terugvinden van wederzijds vertrouwen en het herstel van het gevoel van veiligheid op school. Het draait om het vinden van de juiste ‘knoppen’ en de toon van communicatie die daarbij ondersteunt. Dan kunnen betrokkenen begrip krijgen voor elkaars standpunten en weer gezamenlijk komen tot een oplossing.

Samenwerking

Gelukkig hebben we vele partijen in ons land die kunnen ondersteunen bij het herstellen van veiligheid, zoals Stichting School & Veiligheid. De driehoek school-ouder-kind kan voor ondersteuning ook terecht bij verschillende andere instanties, waarvan de leerplichtambtenaar een belangrijke is. Met elkaar hebben zij de taak om voor ieder kind in elke schijnbaar uitzichtloze situatie een passende oplossing te helpen vinden. Uiteindelijk moet elk kind in een veilige omgeving kunnen leren. Verschillende professionals spelen een rol in dit ‘verhaal’ en kunnen net een radertje in het geheel weer een zetje geven, zodat het systeem weer gaat werken zoals het bedoeld is. Wij als vertrouwensinspecteurs kunnen helpen het juiste radertje te vinden!

Een melding kan overigens ook aanleiding zijn voor een signaal voor het toezicht op de betrokken school. De melder kan zelf melding doen via het contactformulier op de website van de onderwijsinspectie. In sommige gevallen geeft een vertrouwensinspecteur dat signaal zelf door aan de contactinspecteur, omdat er al te veel mis is gegaan. De inspecteur die toezicht houdt op de school kan dan checken of de bestuurder op de hoogte is van wat er speelt en horen hoe die de problemen aanpakt.

De taak van de vertrouwensinspecteur

Als vertrouwensinspecteurs zijn we er onder andere om te overleggen met bestuurders (en houders van kinderopvang) over een redelijk vermoeden van een strafbaar feit (aan zeden gerelateerd en bij de kinderopvang ook aan fysieke mishandeling), door een met taken belast persoon tegen een minderjarige, waarna aangifte kan volgen. Voor een ander belangrijk deel van ons werk helpen we melders verder in situaties of met vragen over seksuele intimidatie of mishandeling, ernstige of langdurige fysieke of psychische mishandeling, discriminatie of radicalisering. De hulpvraag of melding komt elke keer weer vanuit een andere invalshoek en context, dus geen vraag leidt tot hetzelfde antwoord of advies. Vragen kunnen ook nog eens komen vanuit het hele onderwijsveld of de kinderopvang, van ouders tot directeuren, en van interne vertrouwenspersonen tot bestuurders.